Hoe bovenmenselijk de pogingen van de eerste kerkvaders ook waren om de Geheime Leer uit het geheugen van de mensen te laten verdwijnen, ze mislukten allemaal. De waarheid kan nooit worden gedood, daarom slaagde men er niet in om ieder spoor van die oude wijsheid geheel van het oppervlak van de aarde weg te vagen en om iedere getuige die erover sprak de handen te boeien en de mond te snoeren. Men hoeft alleen maar te denken aan de duizenden en misschien miljoenen verbrande handschriften; aan tot stof vergruisde monumenten met hun te indiscrete inscripties en beeldende symbolen; aan de benden van vroege kluizenaars en asceten, die rondzwierven tussen de ruïnes van steden in Opper- en Beneden-Egypte, in woestijnen en bergen, dalen en hooglanden, op zoek naar en uit op vernietiging van iedere obelisk, zuil, rol of perkament waarop zij de hand konden leggen, als er maar het teken van de tau op stond, of enig ander door het nieuwe geloof geleend en zich toegeëigend teken; dan zal men duidelijk zien hoe het komt dat er zo weinig van de verslagen van het verleden is overgebleven. Inderdaad heeft de duivelse geest van fanatisme van het vroege en middeleeuwse christendom en van de islam vanaf het begin graag in duisternis en onwetendheid willen wonen, en beide maakten
‘de zon als bloed, de aarde tot een graf,
het graf tot een hel, en deze zelf tot een nog zwartere duisternis!’
Beide godsdiensten hebben hun bekeerlingen met het zwaard gemaakt; beide hebben hun kerken gebouwd op ten hemel reikende offeranden van menselijke slachtoffers. Boven de poort van de eerste eeuw van onze jaartelling vlamden als een noodlot de onheilspellende woorden ‘het KARMA VAN ISRAËL’. Boven de ingangen van onze eigen eeuw zal de toekomstige ziener andere woorden kunnen onderscheiden, die verwijzen naar het karma voor een handig samengestelde GESCHIEDENIS, voor opzettelijk verdraaide gebeurtenissen en voor het belasteren van grote figuren door het nageslacht, die onherkenbaar werden verminkt tussen de twee wagens van Jagannatha – kwezelarij en materialisme, waarvan de een te veel aanvaardt en de ander alles ontkent. Wijs is hij die zich aan het gulden midden houdt en die gelooft in de eeuwige rechtvaardigheid van de dingen. Zo zegt Faigi Diwan, de ‘getuige van de wonderbaarlijke toespraken van een vrijdenker die tot duizend sekten behoort’: ‘In de vergadering op de dag van de opstanding, wanneer de dingen uit het verleden zullen worden vergeven, zullen de zonden van de Ka’bah worden vergeven ter wille van het stof van christelijke kerken.’ Hierop antwoordt professor Max Müller: ‘De zonden van de islam zijn even waardeloos als het stof van het christendom. Op de dag van de opstanding zullen zowel mohammedanen als christenen de ijdelheid van hun religieuze leer inzien. De mensen strijden op aarde over de religie; in de hemel zullen ze ontdekken dat er maar één ware religie is – de verering van Gods GEEST26.’
Met andere woorden: ‘ER IS GEEN RELIGIE (OF WET) HOGER DAN DE WAARHEID’ – ‘SATYAT NASTI PARO DHARMAH’ – het devies van de maharadja van Benares, dat is overgenomen door de Theosophical Society.
Met andere woorden: ‘ER IS GEEN RELIGIE (OF WET) HOGER DAN DE WAARHEID’ – ‘SATYAT NASTI PARO DHARMAH’ – het devies van de maharadja van Benares, dat is overgenomen door de Theosophical Society.
Helena Blavatsky.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten