Toen ik op een late zomeravond in juli 2013 na een lang interview (voor De Standaard) binnenstapte in mijn kamer in Villa Hellebosch in het landelijke Vollezele, was er niets dat liet vermoeden dat dit interview me nog lang zou achtervolgen. Meer dan anderhalf jaar later moet ik vaststellen dat bepaalde uitspraken een eigen leven zijn gaan leiden en steevast worden verdraaid of uit de context getrokken. Dat is betreurenswaardig omdat het onderwerp in kwestie juist te gevoelig en te genuanceerd is om gebruikt te worden in politieke debatten. Ondertussen heb ik al honderden interpretaties gelezen en gehoord...
Racisme - want daar gaat het over - is verwerpelijk! Laat daar geen misverstand over bestaan. Maar, racisme mag niet verwateren tot een uitgeholde term. Het woord mag niet te pas en te onpas worden gebruikt, net omdat je op die manier de slachtoffers van racisme, van discriminatie, in een zwakkere positie brengt. Dát was mijn stelling in de zomer van 2013, en dat is ze vandaag nog steeds.
Ik heb nooit racisme geminimaliseerd. Ik heb nooit beweerd dat racisme een overschatte factor in onze Vlaamse samenleving is
Ik heb in het bewuste interview
nooit racisme geminimaliseerd. Ik heb nooit beweerd dat racisme een
overschatte factor in onze Vlaamse samenleving is. Wie mij er zou van
verdenken dat ik racisme zou beschouwen als een randverschijnsel, heeft
het mis. Want dat vind ik duidelijk niet. Wie mij van het tegendeel
beschuldigt - en dat gebeurt al anderhalf jaar -, doet dat wellicht met
een bedoeling.
Wie zich verlaagt tot racisme, van welke aard ook, moet daarvoor worden gestraft. Onder meer daarom investeren wij als Vlaamse overheid in het Interfederaal Gelijkekansencentrum. Zij krijgen van de overheid de middelen om gericht op te treden tegen racisme en iedere andere schending van het gelijkheidsbeginsel.
Wie zich verlaagt tot racisme, van welke aard ook, moet daarvoor worden gestraft. Onder meer daarom investeren wij als Vlaamse overheid in het Interfederaal Gelijkekansencentrum. Zij krijgen van de overheid de middelen om gericht op te treden tegen racisme en iedere andere schending van het gelijkheidsbeginsel.
Laat me daarom nogmaals duidelijk
stellen, zodat er geen misverstand over kan bestaan: racisme bestaat,
ik vind racisme, van welke aard ook, ontoelaatbaar en ik pleit voor
strenge sanctionering. Wanneer men vaststelt dat een poetsdienst ingaat
op de vraag van klanten om zeker geen poetshulp van Afrikaanse oorsprong
te hebben, is dat wél discriminatie en moet het Gelijkekansencentrum
optreden. Dat is net hun rol.
We moeten racisme aanpakken als één gemeenschap, waarin de mensen van allochtone afkomst zelf een grote rol spelen
Het is mijn rol als minister
verantwoordelijk voor het Vlaams Inburgerings- en Integratiebeleid om
ervoor te zorgen dat burgers van allochtone origine zich in Vlaanderen
kunnen integreren. Daarom geven we deze mensen kansen, het is daarna aan
hen om die kansen ook te grijpen. Ze moeten kunnen uitgaan van hun
eigen kwaliteiten, zonder dat we hen vragen hun eigen identiteit,
cultuur en geloof te verloochenen.
Wanneer ik dan in de Commissie Inburgering van het Vlaams Parlement - een beleidsdomein waar in deze moeilijke budgettaire situatie geen euro op werd bespaard - na de presentatie van mijn beleidsnota bepaalde collega's het debat uitsluitend zie herleiden tot 'racisme', stuit me dat tegen de borst. Want we moeten van integratie een positief verhaal maken. We moeten racisme aanpakken als één gemeenschap, waarin de mensen van allochtone afkomst zelf een grote rol spelen. Door de kansen die de overheid hen aanreikt met beide handen te grijpen. En door wanneer ze geconfronteerd worden met racisme of discriminatie, het te melden zodat de daders aangepakt kunnen worden.
Door nieuwe landgenoten te ondersteunen laten we hen toe om hun plaats op te nemen in onze samenleving. En dat is een verhaal van rechten en plichten, aan beide kanten. Waarbij wij als overheid een positief integratietraject aanreiken. En racisme en discriminatie blijven veroordelen en bestrijden.
Wanneer ik dan in de Commissie Inburgering van het Vlaams Parlement - een beleidsdomein waar in deze moeilijke budgettaire situatie geen euro op werd bespaard - na de presentatie van mijn beleidsnota bepaalde collega's het debat uitsluitend zie herleiden tot 'racisme', stuit me dat tegen de borst. Want we moeten van integratie een positief verhaal maken. We moeten racisme aanpakken als één gemeenschap, waarin de mensen van allochtone afkomst zelf een grote rol spelen. Door de kansen die de overheid hen aanreikt met beide handen te grijpen. En door wanneer ze geconfronteerd worden met racisme of discriminatie, het te melden zodat de daders aangepakt kunnen worden.
Door nieuwe landgenoten te ondersteunen laten we hen toe om hun plaats op te nemen in onze samenleving. En dat is een verhaal van rechten en plichten, aan beide kanten. Waarbij wij als overheid een positief integratietraject aanreiken. En racisme en discriminatie blijven veroordelen en bestrijden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten