Know that the stream of superhuman knowledge and the Deva-Wisdom thou hast won, must, from thyself, the channel of Alaya, be poured forth into another bed.
Know, O Naljor, thou of the Secret Path, its pure fresh waters must be used to sweeter make the Ocean's bitter waves — that mighty sea of sorrow formed of the tears of men.
Alas! when once thou hast become like the fix'd star in highest heaven, that bright celestial orb must shine from out the spatial depths for all — save for itself; give light to all, but take from none.
Alas! when once thou hast become like the pure snow in mountain vales, cold and unfeeling to the touch, warm and protective to the seed that sleepeth deep beneath its bosom — 'tis now that snow which must receive the biting frost, the northern blasts, thus shielding from their sharp and cruel tooth the earth that holds the promised harvest, the harvest that will feed the hungry.
Self-doomed to live through future Kalpas,* unthanked and unperceived by man; wedged as a stone with countless other stones which form the "Guardian Wall" (28), such is thy future if the seventh gate thou passest. Built by the hands of many Masters of Compassion, raised by their tortures, by their blood cemented, it shields mankind, since man is man, protecting it from further and far greater misery and sorrow.
Source : https://theosociety.org/pasadena/voice/voice3.htm
More info : https://en.wikipedia.org/wiki/Initiation_%28Theosophy%29
Helaas! Wanneer u eenmaal bent geworden als de vaste ster aan de hoogste hemel, moet dat heldere hemellichaam vanuit de diepten van de ruimte stralen voor allen behalve voor zichzelf, aan allen licht geven maar het niemand ontnemen.
Helaas! Wanneer u eenmaal bent geworden als de zuivere sneeuw in de bergdalen, koud en ongevoelig voor aanraking, maar warm en beschermend voor het zaad dat diep onder haar oppervlak slaapt – dan moet die sneeuw de bijtende vorst en de snijdende noordenwind opvangen en zo voor de gemene invloed daarvan de aarde beschutten die de beloofde oogst bevat, de oogst die de hongerigen zal voeden.
Gedoemd door uzelf om gedurende toekomstige kalpa’s* te leven zonder door de mensen te worden bedankt of opgemerkt; als een steen ingeklemd tussen ontelbare andere stenen die de ‘beschermmuur’28 vormen, zó is uw toekomst als u door de zevende poort gaat. Gebouwd door de handen van vele meesters van mededogen, opgetrokken door hun martelgang, en met hun bloed gemetseld, behoedt deze muur de mensheid sinds de mens mens is, beschermt haar tegen nog meer en veel grotere ellende en verdriet.
Bron : https://theosofie.net/onlineliteratuur/stem/frag3.html
Geen opmerkingen:
Een reactie posten